Verenigingsfokreglement

1. ALGEMEEN

1.1. Dit reglement voor de vereniging Beauceronclub Nederland beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen van het ras Beauceron zoals deze zijn verwoord in de statuten en het huishoudelijk reglement van de rasvereniging.

Dit Verenigingsfokreglement (VFR) is goedgekeurd door de algemene ledenvergadering van de Beauceron Club Nederland op 3 mei 2013. Inhoudelijke aanpassingen van dit Verenigingsfokreglement kunnen uitsluitend plaatsvinden met instemming van de algemene ledenvergadering van de Beauceronclub Nederland.


1.2. Dit Verenigingsfokreglement (VFR) geldt voor alle leden van de Beauceronclub Nederland.


1.3. Het bestuur van de Beauceronclub Nederland verplicht zich, de door de Algemene Vergadering van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch gebied in Nederland vastgestelde wijzigingen van het KR, die betrekking hebben op dit Verenigingsfokreglement, terstond hierin door te voeren.

In tegenstelling tot het gestelde in artikel 1.1 behoeven deze wijzigingen niet de goedkeuring van de algemene ledenvergadering van de vereniging. Dit ontslaat de individuele fokker niet van de plicht, zelf op de hoogte te zijn en te blijven van recente wijzigingen in het KR, ook als het bestuur van Beauceronclub Nederland hier in gebreke blijft.


1.4. Voor wat betreft de omschrijving van de in dit Verenigingsfokreglement(VFR) genoemde definities gelden de omschrijvingen zoals vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement en het Kynologisch Reglement van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland.

1.5. Voor wat betreft de externe regelgeving gelden de regels zoals vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement en het Kynologisch Reglement van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland.

1.6. Inschrijving van een nest in de Nederlandse stamboekhouding (NHSB) door de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland vindt plaats conform de regels zoals vastgelegd in het Kynologisch Reglement.

2. FOKREGELS Artikel VIII.2 KR in samenhang met regels van de vereniging (RV).

2.1. Een teef mag niet worden gedekt door haar grootvader, haar vader, haar broer, haar halfbroer, haar zoon of haar kleinzoon.
Pups, voortgekomen uit één van de genoemde combinaties, zullen niet in het NHSB worden ingeschreven (Artikel VIII.2 KR en Artikel III.14 lid 1l KR)

Naast bovenstaande verwantschappen zijn ook de volgende combinaties niet toegestaan:
Een reu en een teef van beide de kleur arlequin mogen niet aan elkaar gepaard worden. Alleen de kleurcombinaties zwartbruin X zwartbruin, arlequin X zwartbruin zijn toegestaan.

2.2. Herhaalcombinaties: Dezelfde oudercombinatie is maximaal twee maal toegestaan.

2.3. Minimum leeftijd reu: De minimale leeftijd van de reu op de dag van de dekking moet tenminste 18 maanden zijn.\

2.4. Aantal dekkingen: De reu mag maximaal 2 nesten per 12 maanden voortbrengen met een totaal van maximum 5 nesten in Nederland gedurende zijn leven.
Als geslaagde dekking geldt een dekking waaruit minimaal een levende pup is voortgekomen en ingeschreven bij het NHSB.

NB1: In bijzondere omstandigheden zal een nest niet worden ingeschreven in het NHSB (artikel III.14KR). Ook dan wordt uitgegaan van een geslaagd nest.

NB2: indien sperma wordt gebruikt van de reu voor KI, telt dit mee als een ‘dekking’.

2.5. Cryptorchide en monorchide: cryptorchide of monorchide reuen zijn uitgesloten van de fokkerij.

2.6. Gebruik buitenlandse dekreuen: wanneer een Nederlandse fokker voor een dekking een dekreu gebruikt die in het stamboek van een buitenlands door de FCI erkend stamboek is ingeschreven, dan moet deze dekreu voldoen aan de eisen die voor dekreuen in dat betreffende land gelden. De controle of de dekreu aan de eisen van dit fokreglement voldoet is een verantwoordelijkheid van de fokker.

2.7. Kunstmatige inseminatie (sperma van levende en/of overleden dekreuen): als een fokker voor een dekking het sperma gebruikt van een nog in leven zijnde/of overleden dekreu, dan gelden voor deze dekking de regels van dit Verenigingsfokreglement alsof het een natuurlijke dekking van dekreu betreft. 2.8. Bevruchting door middel van kunstmatige inseminatie is alleen bij hoge uitzondering toegestaan.

3. WELZIJNSREGELS (Artikel VIII.1 KR)

3.1. Een teef mag niet worden gedekt voor de dag waarop zij de leeftijd van 24 maanden heeft bereikt.

3.2. Een teef, waaruit niet eerder pups zijn geboren, mag niet worden gedekt na de dag waarop zij de leeftijd van 72 maanden heeft bereikt.

3.3. Een teef, waaruit eerder pups zijn geboren, mag niet meer worden gedekt na de dag waarop zij de leeftijd van 96 maanden heeft bereikt.

3.4. Een teef mag niet meer worden gedekt na de dag waarop haar derde nest is geboren.

3.5. Een teef mag niet worden gedekt binnen 10 maanden na de dag van een dekking voor een vorig nest van die teef.

3.6. Een teef mag niet worden gedekt binnen 24 maanden na de dag van de dekking voor een voorvorig nest van die teef.

4. GEZONDHEIDSREGELS

4.1. Gezondheidsonderzoek (screening) ouderdieren: preventieve screening van ouderdieren moet, als het gaat om: HD onderzoek, ED onderzoek, oogonderzoek en doofheidonderzoek, plaatsvinden door deskundigen aangewezen door de Raad van Beheer conform de door de Raad van Beheer voor deze onderzoeken opgestelde en/of goedgekeurde onderzoeksprotocollen.

4.2. Op basis van wetenschappelijk onderzoek zijn geen gezondheidsproblemen binnen het ras vastgesteld. In het kader van de preventie van erfelijke afwijkingen dienen de ouderdieren voor de dekking onderzocht worden op:

Heupdysplasie:

Ouderdieren moeten conform het onderzoeksprotocol zijn onderzocht op heupdysplasie waarbij de volgende combinaties zijn toegestaan:
HD A x HD A, HD A x HD B en HD B x HD B

4.3. Aandoeningen: Met honden die lijden aan een of meer aandoeningen mag niet worden gefokt.
- Heupdysplasie: HD C, HD D en HD E

4.4. Diskwalificerende fouten: Met honden met een of meer diskwalificerende fouten, welke benoemd zijn in de rasstandaard, mag niet worden gefokt.

5. GEDRAGSREGELS

5.1. Karaktereisen: beide ouderdieren moeten voldoen aan de karaktereisen zoals die in de rasstandaard zijn beschreven.

5.2 Verplichte gedragstest: de beide ouderdieren moeten vóór de eerste dekking met goed gevolg de door de Beauceronclub Nederland erkende gedragtest hebben afgelegd. 

6. WERKGESCHIKTHEID

6.1. Voor dit ras is een verplichte werkgeschiktheidstest niet van toepassing.

7. EXTERIEURREGELS

7.1. Kwalificatie: de beide ouderdieren moeten minimaal 2 keer hebben deelgenomen aan een door de Raad van Beheer en/of FCI gereglementeerde expositie, en daar minimaal de kwalificaties Zeer Goed op elke expositie te hebben gehaald, een van deze kwalificaties dient te worden behaald in de openklas.

7.1.1. In afwijking van het voorgaande kan met goedkeuring van het bestuur ook een ontheffende toetsing aan de standaard gedaan zijn door een exterieurkeurmeester- rasspecialist.

7.2 Fokgeschiktheidskeuring: Fokgeschiktheidskeuringen zijn niet van toepassing.

8. REGELS AFGIFTE PUPS, WELZIJN PUPS

8.1. Ontwormen en enten: de fokker draagt zorg voor het deugdelijk ontwormen en inenten van de pups volgens gangbare veterinaire inzichten en voor een volledig door de dierenarts ingevuld en ondertekend Europees Dierenpaspoort. De pups dienen bij aflevering adequaat ontwormd te zijn en zij dienen voorzien te zijn van een unieke ID transponder.

8.2. Aflevering pups: de pups mogen niet eerder worden afgeleverd dan op de leeftijd van 8 weken. Tussen de enting en de overdracht aan de nieuwe eigenaar moeten minimaal 7 dagen zitten.

8.2.1. De fokker staat de koper met raad en daad bij in het opvoeden van de pup en geeft bij de aflevering het entingbewijs van de betreffende pup en een voedingsschema mee. 

9. SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN

9.1. Dit reglement is niet van toepassing op nesten die geboren worden uit een teef gedekt op of voor de dag waarop dit reglement in werking treedt.

9.2. Gezondheidsuitslagen, exterieur-, gedrags- en/of werkkwalificaties die zijn afgegeven en/of voor de inwerkingtreding van dit reglement hebben plaatsgevonden, worden geacht onder de werking van dit reglement te zijn inbegrepen.

9.3. De verantwoordelijkheid voor het naleven of doen naleven van dit fokreglement berust bij ieder lid van de Beauceronclub Nederland wiens hond bij het tot stand komen van een dekking betrokken is.

9.4. Bij overtreding van de bepalingen in dit reglement kan het bestuur besluiten tot de volgende sancties:

  • niet vermelden van het -aanstaande- nest op de website
  • niet verlenen van nestcontrole
  • opzeggen van het lidmaatschap van de fokker

9.5. Alle opgelegde sancties worden gemeld in het verenigingsblad.

9.6. Zowel door de Raad van Beheer als door de rasvereniging kunnen ten aanzien van dit reglement wijzigingen worden voorgesteld. 

10. INWERKINGTREDING 

10.1. Dit Verenigingsfokreglement treedt in werking nadat het reglement is goedgekeurd door het bestuur van de Raad van Beheer conform de artikelen 10 HR en VIII. 5 en 6 KR.  

11. RICHTLIJNEN VOOR DE FOKKER 

11.1 De eigenaar van de teef die wil fokken, heeft tenminste een maand voor de dekking overleg gepleegd met het bestuur.

11.2 De eigenaar van de teef meldt binnen een week schriftelijk aan het secretariaat:
a. de dekking, met opgaaf van de namen van reu en teef en de benodigde gegevens voor de geboortelijst;
b. de geboorte, met opgaaf van het aantal reuen en teven;
c. zodra de laatste pup is afgeleverd, de namen en adressen van de nieuwe eigenaren.

11.3 De fokker verleent zijn/haar medewerking aan het afnemen van een puppytest + nestcontrole.

11.4 De fokker doet een afdracht per pup aan de vereniging. Deze wordt door de jaarvergadering vastgesteld.